Accordeonconcert
Accordeon
Piccolo
Fluit
Hobo
Engels
Klarinet in Bes
Basklarinet
Fagot I
Fagot II
Hoorn in FI
Hoorn in F II
Hoorn in F III
Hoorn in F IV
Trompet in CI
Trompet in C II
Trombone I
Trombone II
Tuba
Harp
Percussie
Viool I
Viool II
Altviool
Cello
Contrabas20'
Het Residentie Orkest Den Haag en ORF Radio-Symphonieorchester Wien.
Vincent van Amsterdam en ORF Radio-Symphonieorchester Wien o.l.v. Markus Poschner.
8 december 2023, Konzerthaus Wien.
Als ik aan de accordeon denk, denk ik aan mijn kindertijd. Ik zie mezelf als klein meisje, uren dansend op de muziek die mijn vader speelde. Hij is een jazzaccordeonist en bandoneonspeler. De muziek die hij op de accordeon speelt - volksmuziek, jazz en tango - zijn belangrijke invloeden in het concerto. Ik heb ook symfonische en theatrale elementen toegevoegd. Fantaserend over de vele karakters en rollen die de accordeon kan spelen, dacht ik aan de muzikant op de hoek van de straat. In mijn verbeelding veranderde hij in een mysterieuze, naamloze en leeftijdloze reiziger: een verhalenverteller. Het instrument deed me ook denken aan een boek, dat bij het openslaan de bladzijden onthult waarop verhalen staan geschreven.
Zo begint het stuk. De accordeon wordt langzaam geopend, wat een dramatische zucht teweegbrengt die wordt losgelaten door het orkest, dat van de hoogste registers helemaal naar beneden beweegt naar een diep, stil pedaalpunt. Nu begint de accordeon zachtjes te zingen en presenteert het eenvoudige hoofdthema op een vrije, bijna geïmproviseerde manier. De sfeer is desolaat. In de verte klinken klokken. Het orkest doet mee, voortbordurend op wat de accordeon zei. Maar de solist neemt het weer over, laat de muziek verdampen in een wereld van mist en zet de scène neer...
Dan begint het tweede deel - het eigenlijke “verhaal” - een compleet contrast met het begin. Nu draait alles om zang en dans. De stemming is feestelijk, een beetje frivool zelfs, vol plezier en energie. Alle instrumenten maken samen plezier. Na een tijdje vervagen de feestelijkheden en bevinden we ons in een zacht betoverende wereld die minder helder is, maar nog steeds gloeit en vol verlangen zit. We lijken op weg naar een romantische uitbarsting, maar in plaats daarvan krijgen we een intiem moment van solo accordeon, kort en lieflijk vergezeld door solo viool. Verlegen en aarzelend begint de accordeon weer te dansen, eerst langzaam, totdat alle instrumenten meedoen en iedereen nog uitbundiger zingt en danst dan voorheen.
Hoewel we het niet weten, gaan we een minder feestelijke kant op. De accordeon begint agressiever te worden, bijna gefrustreerd. Zinnen van de solist worden onmiddellijk nagebootst door het orkest, waardoor een gevoel van paranoia ontstaat. De bas gaat onaangedaan verder in hetzelfde oude patroon alsof er niets aan de hand is, maar de solist ontrafelt langzaam en begint de grip op de realiteit te verliezen. Geleidelijk aan loopt de muziek uit de hand, totdat een laatste agressieve klap van het hele orkest de accordeon in een razernij stort; schudden, grommen, schreeuwen, tot stilstand komen en uiteindelijk zachtjes snikken en beverig ademen. Zijn ademhaling vertraagt tot hij helemaal stopt. Heel zachtjes horen we de bel in de verte. Een spookachtig strijkkwartet weerklinkt de dramatische openingszucht van het concerto. Het is een citaat uit de weemoedige hymne van de zestiende-eeuwse Nederlandse componist Jan Pieterszoon Sweelinck: “Mein junges Leben hat ein End, mein Freud und auch mein Weh.”
HET PAROOL: Wantenaar werkt op het gemoed
In het accordeonconcert van Mathilde Wantenaar dansen orkest en solist met elkaar, maar hoor je ook een droevige clown.
Veel fantasie is er niet voor nodig om tijdens het beluisteren van het kersverse accordeonconcert De verhalenverteller van Mathilde Wantenaar (1993), een zwart-witrolprent voor je te zien. Eentje die zich afspeelt in Parijs. Dat zat 'm in Wantenaars schrijfstijl, maar ook in de nostalgische klank en de zangerigheid van het instrument. Accordeonist Vincent van Amsterdam had de Nederlandse componiste om een concert gevraagd.
Bij Wantenaar was hij aan het juiste adres, ze kent het instrument van kindsbeen af, danste op de muziek van haar vader die jazzaccordeonist is. Van Amsterdam maakte van zijn performance een belevenis en is werkelijk de verhalenverteller uit de titel.
De wereldpremière was in december in Wenen bij het ORF Radio-Symphonieorchester Wien. In Nederland hield het Residentie Orkest onder leiding van chef Anja Bihlmaier het stuk smakelijk ten doop. En omdat in het Muziekgebouw iedere bezetting goed klinkt, kon er zo'n tachtig man op het podium zitten, zonder dat je akoestisch een draai om je oren kreeg.
Een hele tijd kent Wantenaars nieuweling een zoetelijke stemming. Dit kan weleens lang gaan duren, denkt de toehoorder. De buisklok achter in het orkest maakt de sfeer extra geheimzinnig. Dan opeens dansen solist en orkest met elkaar, en zit je te luisteren met een glimlach. Even makkelijk verdwijnt dat gevoel weer, en lijkt de accordeon een droevige clown te verbeelden.Wantenaar werkt op het gemoed, de muziek golft van het een naar het ander, van ruige improvisatie boven een fel strijkersritme, tot het zuchten van de trekzak. Na de pauze klonk de speeldoosjesmuziek van Stravinsky's Petroesjka. Maar wat je bijbleef was toch echt de nieuwe Wantenaar: een inventief en sober geschreven stuk voor een heerlijke avond uit.
Frederike Berntsen, Het Parool, 18 maart 2024.
---
DE VOLKSKRANT: Componist Mathilde Wantenaar kan alles, maar in het 'Accordeonconcert' blijft ze lang hangen in een paar vondsten.
Hebben we het over inkomsten uit auteursrecht, dan is Mathilde Wantenaar Nederlands succesvolste klassieke componist. Het leverde haar in december de Buma Classical Award op. En met twee verse stukken binnen een week ligt de jonge dertiger mooi op koers voor de volgende. Eerst ging in Utrecht Wantenaars nieuwe orkestwerk Ballade; donderdag maakte Amsterdam kennis met het Concert voor accordeon en orkest, dat drie maanden geleden z'n première kreeg in Wenen.
Succes alom, maar toch cirkelt boven het Accordeonconcert al gauw de vraag: waarom? Dat geldt niet de keuze voor het solo-instrument. De dagen dat de accordeon in de klassieke parochie doorging voor een ordinaire trekzak, zijn allang voorbij. Alleen al de Russin Sofia Goebajdoelina schreef voor het instrument verpletterende maten. Wantenaars vader speelt jazzaccordeon, ook dat belooft wat. En zeg maar eens nee tegen de vingers van Vincent van Amsterdam, een kanjer op de accordeon.
Het begint sterk, in het Amsterdamse Muziekgebouw. Vier zachte, dissonante accordeontonen worden langzaam luider. Zonder dat je precies hoort waar, nestelen strijkers van het Residentie Orkest zich in de klank. Climax, korte stilte, waarna het orkest met een lange, dalende toonladder tot rust komt. Mooi, die knipoog naar Mein junges Leben hat ein End, de klavierhit van de oude Jan Pieterszoon Sweelinck.
Dat Wantenaar een goed gevulde plunjezak heeft, hoor je ook aan een droef, tweestemmig melodietje. Wantenaar plooit er een smeltende, 19de-eeuws strijkersklank omheen. Na een vrolijke dorpsdans hevelt ze de hele bups in een handomdraai over naar Parijs. Bal-musette!
Intussen begint het waarom steeds steviger te knagen. Levenslustige muziek componeren is één ding, maat houden is vers twee. En weer zwiert de accordeon vrolijk voorbij, en weer oogst dirigent Anja Bihlmaier in het orkest olijke nootjes. Klinkt tot overmaat van pret ook nog een Piazzolla-pastiche. Gelukkig vormt die de opmaat tot verrassende maten.
Van Amsterdam kleppert met de toetsen: geen geluid. Hij perst valse lucht uit de balg en stort zich in een solo met heftige, vuige klanken. Even is daar het beest dat een accordeon óók kan zijn. Een gewond beest bovendien, dat kermt, siddert en jankt. Als het z'n laatste adem uitblaast, speelt het orkest nog een laatste flintertje Sweelinck. Mein junges Leben hat ein End, klaar.
Eerlijk is eerlijk: Mathilde Wantenaar kan alles. Ze heeft stijlbesef, vormgevoel en doorgrondt het schrijven voor een orkest tot in detail. Maar het is een raadsel waarom ze in het Accordeonconcert zo lang blijft hangen in een paar vondsten. Met te veel voorspelbare minuten gaat de sjeu eruit. Muziek hoeft niet 'moeilijk' te zijn en mag behagen. Maar hoed u voor saaiheid in de concertzaal.
Guido van Oorschot, De Volkskrant, 18 maart 2024.
---
TROUW: De lessen van DiDonato maken grote indruk, het ‘Accordeonconcert’ van Wantenaar evenzeer
[Joyce] DiDonato coachte deze ochtend drie zangeressen, en deed dat onnavolgbaar. Ze was vol bewondering over Sterre Decru die Ottavia’s grote scène uit Monteverdi’s Poppea zong. Maar toen het fijnslijpen begon, hoorde je stap voor stap hoe het nog beter kon, en hoe Decru oppikte hoe ze de woordherhalingen in de tekst kon gebruiken om expressie, drama en ontroering op te roepen. Het was intrigerend, onderhoudend en geestig. En ze gaf een fantastisch antwoord op de vraag van een jonge componist in de zaal, die wilde weten hoe je betekenisvolle muziek maakt. “Vraag jezelf af wat je wilt vertellen met je muziek, en met wat voor gevoel je de luisteraars naar huis wilt sturen. Blijf jezelf, en raak ze, geef ze iets om van te genieten.”
Heerlijk spelen met de verwachtingen
Het was alsof componist Mathilde Wantenaar die woorden gehoord had. Diezelfde avond speelde het Residentie Orkest in het Muziekgebouw onder de uitstekende leiding van Anja Bihlmaier de Nederlandse première van haar Concert voor accordeon en orkest. Geschreven voor de virtuoze Vincent van Amsterdam, die het met grote overtuiging en met overduidelijk plezier uitvoerde. Wantenaar speelt heerlijk met de verwachtingen die je als luisteraar bij de accordeon hebt. Je verwachtte de hele tijd dat er ineens een zanger zou opkomen – uit Parijs of de Jordaan – die mee zou gaan zingen. Er was tango, en er was een melodie die zo uit een Franse operette van Messager of Hahn had kunnen komen.
Net als bij DiDonato was het intrigerend, geestig en onderhoudend. Wantenaars humor raakte je soms pardoes midden in de flanken als Van Amsterdam zijn instrument ineens ‘openrukte’ of er vermakelijke en harde dissonanten uit toverde. Of er gewoon een zuchtje loze lucht uit liet ontsnappen. Wantenaar schrijft heerlijk tactiele muziek, en voegt en passant onheilspellender laagjes toe. Die stille klok die boven het plotse en zachte einde klonk, sprak boekdelen. En nu niet in de la opbergen, programmeurs! Graag vaak laten spelen. Deze tijden verdienen een Wantenaar.
Peter van der Lint, Trouw, 15 maart 2024.
---
DIE PRESSE: Uitbundige accordeonklanken.
Hadden Bruckners aanvankelijke moeilijkheden iets te maken met het onconventionele openingsstuk? In plaats daarvan stond de première van het Accordeonconcert van de jonge Nederlandse componiste Mathilde Wantenaar op het programma, en dit stuk verkent heel andere klanksferen dan Bruckner. Dit vakkundig gewelfde opus heeft ook meditatieve trekjes. Maar bovenal is ongebreidelde uitbundigheid troef. Een uitnodiging, flirtend met onderhoudende tonen, om te genieten van het leven in al zijn facetten voordat het te laat is. Losjes gebaseerd op Sweelincks hymne junges Leben hat ein Ende, mijn “Mein Freud und auch mein Weh”, die Wantenaar herhaaldelijk citeert in haar concerto. Het publiek juichte zowel de virtuoze solist Vincent van Amsterdam als de componist toe.
Walter Dobner, Die Presse, 11 december 2023.